BEL-15 Kanne – Visé

Etappe BEL-15 Kanne – Visé (Wizet) | 26 juli 2024 | 24 kilometer

We slapen vannacht dichtbij, in Maastricht, en toch nog de wekker gezet. Het moet niet gekker worden. De reden? De openbaar vervoer opties….en onze Hollandse krenterigheid natuurlijk 😌. Je kunt ieder uur via Maastricht met de trein en bus in een uurtje van Visé naar Kanne, maar de kosten zijn € 9 pp. en dat is best veel geld als je hemelsbreed 10 kilometer moet overbruggen. Als alternatief is er een TEC bus die vanuit Visé langs de Maas naar Maastricht rijdt. Je stapt dan na 15 minuten uit bij de sluis van Petit Lanaye, op een kleine 3 kilometer van Kanne, en loopt naar Kanne. De kosten daarvan: € 1.15 pp. We kiezen voor de 2e optie; lekker goedkoop. Enig nadeel is dat de eerste bus iets na 8 uur vertrekt en daarna pas weer eentje om half 11. Om de bus van 8 uur te nemen hebben we de wekker om kwart voor 7 gezet. 

Het heeft afgelopen nacht weer eens geregend, maar de regen is kort voor we opstaan gestopt en het wordt net als gisteren een zonnige dag. De regen zal de paden wel modderig hebben gemaakt, verwachten we, dus de hardloopschoenen worden ingeruild voor wandelschoenen.

Netjes op tijd zijn parkeren we de auto dichtbij de bushalte en hebben genoeg tijd om ons gisteren gekochte ontbijt te verorberen. Bij het instappen in de TEC bus merken we dat TEC in Wallonië een iets ander systeem heeft dan Delijn in Vlaanderen. Waar je in de bussen van Delijn zelf je online kaartje in de app activeert en gewoon instapt zonder controle, moet er in de bus van TEC ook ter controle een QR code gescand worden. Niet al te lastig, en dat weten we dan ook weer voor de volgende busritten tot aan Luxemburg. We hebben meteen maar een 8-rittenkaart via de TEC app gekocht. Die kost € 9.20; een koopje.

Bij de sluis van Petit Lanaye stappen we uit en lopen we langs het Albertkanaal naar Kanne. Het is nog vroeg en er heerst een serene rust. Geen fietsers of auto’s, alleen het geluid van zingende vogels is te horen. Heerlijk! Op de 2 kilometer langs het kanaal naar Kanne zien we in de rotswand aan de overzijde van het kanaal een enorme metalen toegangsdeur naar Fort Eben-Emael. Het fort heeft een bijzonder en tragisch verhaal. Bedoeld als onneembaar fort om langdurig stand te houden tegen Duitse aanvallen mocht er eind jaren dertig vorige eeuw een inval komen, maar uiteindelijk binnen een dag en door maar 80 Duitse militairen op slinkse wijze veroverd. Wikipedia heeft er een mooie beschrijving van.

Net na de brug over het Albertkanaal in Kalle staan we op het punt om over te gaan van Vlaanderen naar Wallonië, en dus ook naar het derde wandelboekje, die van Wallonië en Luxemburg. Dit plechtige moment moet gevierd worden met een toast. Bij gebrek aan champagne pakken we de bidons met water er maar bij. Het gaat tenslotte slechts om het idee. We moeten overigens nog een kleine tegenslag zien te overwinnen; het was vanochtend te vroeg om een bakker te bezoeken en als we de route goed vooraf begrepen hebben dan gaan we die ook niet tegenkomen. Geen appelflappen vandaag….het is zwaar maar we zullen ons er doorheen moeten slaan. Als alternatief hebben we gisteren sultana’s en Hasselts speculaas gekocht voor in de rugzak.

De tocht gaat verder langs de rand van het langgerekte dorp Eben-Emael, op een pad langs de Jeker, oftewel le Geer, we moeten nu immers Frans gaan spreken. We komen wat mensen tegen die de hond uitlaten, ‘bonjour’ is de standaard begroeting. Heel veel verder komen we ook niet, want onze parate kennis van het Frans is nogal weggezakt. Een eerste klimmetje volgt, dat uitkomt bij de markante Toren van Eben-Ezer, gemaakt van vuursteen met grote betonnen beelden op de vier hoeken van de toren. Ieder beeld schijnt een gevleugelde cherubijn te zijn die de apocalyps aankondigen. Misschien dat al die regen van de afgelopen tijd hiervan een voorbode is.

We hebben inmiddels 10 kilometer gewandeld en wel zin in een korte stop. Het treft dat we een bankje met schaduw van een boom tegenkomen. Pitstop nummer één. Daarna een stijle afdaling over een pad vol losse stenen naar Wonck. Die grote losse stenen vinden we niet zo heel lekker lopen, dus we zijn voorzichtig. Jammer genoeg gaan we het dorpje Wonck niet in (dus geen bakker) maar lopen er met een grote boog omheen, nog een laatste stukje langs de voortkabbelende Jeker. Wat we zien is niet zo spectaculair, maar gewoon fijn glooiend landelijk landschap. We maken daardoor veel minder foto’s dan gisteren, merken we. Het is wel heerlijk wandelen, met afwisselend zon en wolken en een lekker briesje dat het aangenaam maakt. 

Na Wonck volgt de tweede klim van de dag. Het is zo’n typische klim waarbij je telkens denkt dat je boven bent, maar dan volgt er weer een bocht waarna je weer verder omhoog gaat. Niet al te stijl, dus we blijven lekker doorwandelen. Bijna boven komt een vrouw met twee honden ons tegemoet. Eén van de twee is flink aan het blaffen. In een combinatie van Frans, en gelukkig ook nog een beetje Nederlands, met hier en daar wat Engels voor een missend woord legt ze uit dat de blaffer bang is voor mannen; vrouwen zijn geen probleem. Heel bijzonder, maar het lijkt te kloppen omdat hij niet blaft bij Karin, maar als Ferry ‘m wil aaien dan trekt hij zich terug en begint te blaffen. 

Bovenop de klim lopen we een tijdje over het plateau tussen gewassen die klaar zijn voor oogst: aardappelen, uien, peen en bietjes zien we zoal in de grond zitten. De maïskolven moeten nog even. We hebben inmiddels ruim 16 kilometer afgelegd en bereiken een paar huisjes. Daar blijkt een flinke picknick plaats met WC te zijn. Die komt mooi op tijd voor een sanitaire stop en het vullen van de bidons met kraanwater. In de Maps-me app, waar we de gpx-track van GR5 ingevoerd hebben, kunnen we zien dat we langs een steengroeve lopen, maar krijgen jammer genoeg geen mooi uitzicht op de groeve. We verlaten gelijk daarna het plateau en gaan via een stijler pad naar beneden om in het gehucht Les Manses uit te komen. Naast de wit-rode bordjes zien we hier ook bordjes van een wijnroute waarlangs we blijkbaar lopen. Wijnranken of wijnhuizen kunnen we helaas niet ontdekken. Na dit gehucht gaan we meteen weer omhoog, de derde en laatste klim vandaag. Boven, op het plateau krijgen we eindelijk zicht op ons eindpunt van vandaag, Visé. Verder uitzicht op veel industrie, een snelweg en een drukke spoorlijn. Iedereen die met de auto richting de Ardennen rijdt herkent dit wel: dit zijn altijd de eerste paar zwaar industriële kilometers in België nadat je vanuit Maastricht de grens overgaat die het beeld bepalen. 

We dalen af naar het plaatsje Haccourt en tot onze vreugde lopen we langs een restaurantje. We hebben best trek in een verfrissend colaatje en zoeken een plekje op het terras. Inmiddels staat er alweer 21 kilometer op de teller. Nog maar een paar te gaan. Die laatste paar kilometer gaan eerst door een mindere wijk van Haccourt – hier woon je niet uit luxe zullen we maar zeggen – en daarna nog anderhalve kilometer over kades aan beide kanten van het Albertkanaal. Dit kanaal, dat al vele etappes in beeld is, gaan we hier voor de laatste keer zien. Aan de overkant van het kanaal lopen we Visé in. De auto is nu niet ver meer en na 24 kilometer kunnen we onze GPS horloges bij de auto stilzetten. Tijd om terug te rijden naar huis, ruim op tijd om de openingsceremonie van Olympische Spelen in Parijs te gaan zien.

Gelopen route

Van Kanne naar Visé, ruim 21 kilometer, met nog een aanloop van 3 kilometer van de bushalte naar Kanne. In totaal 24.3 kilometer met 270 hoogtemeters.

Logistiek

Twee mogelijkheden om met openbaar vervoer tussen Visé (Wezet) en Kanne te reizen:

De eerste mogelijkheid is met bus en trein. Ieder uur gaat er een trein tussen Visé en Maastricht. Treinreis duurt 15 minuten. Arriva (Nederlandse buslijn) – rijdt in 20 minuten met lijn 13 eens per uur tussen Maastricht en Kanne. Treinticket kost ruim € 6 en de kosten van de bus bijna € 3.

Het alternatief is TEC buslijn 78 tussen Visé en Maastricht. Deze lijn stopt bij de sluis van Petit Lanaye (Klein Ternaaien). Vanaf de halte 2.8 kilometer wandelen naar Kanne, voet van brug over het kanaal. Bij aanschaf van 8-ritten ticket in de app van TEC kost dit € 1. Frequentie van deze lijn is laag, eens per twee uur, in vakantie tijd. Deze lijn stopt niet bij het treinstation van Visé. Opstappen in Visé moet net aan overzijde van de Maas, 400 meter van het station, bij bushalte Visé Devant-Le-Pont. Wij stapten uit bij halte Petit Lanaye Ecluse, maar er zijn verderop in Petit Lanaye nog bushaltes die dichterbij de GR5 route liggen, eventueel met mogelijkheid tot inkorten van de vorige etappe.

Auto langs de straat geparkeerd in Visé in de buurt van bushalte. 

<- Terug naar blogs Wallonië


Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *